Adolescentenkyfose ook genaamd Ziekte van Scheuermann

Inhoud

  • Klassiek verhaal
  • Wat is een ‘adolescentenkyfose’?
  • Hoe ontstaat de ‘ronde rug’?
  • Wat is de oorzaak voor het ontstaan van een ‘ronde rug’?
  • Wat zijn de kenmerken van de adolescentenkyfose?
  • De ‘Schmorlse nodule’ impliceert niet noodzakelijk de diagnose ‘adolescentenkyfose’
  • Adolescentenkyfose ter hoogte van de borstkas
  • Adolescentenkyfose ter hoogte van de lage rug
  • Radiografische beelden
  • Mogelijke behandelingen
  • Referenties

Klassiek verhaal

Je bent een opgroeiende jongen of meisje tussen 12 en 17 jaar. Zonder duidelijk aanwijsbare reden heb je af en toe last van vervelende rugpijn. Op het eerste zicht lijkt er niets aan de hand. Maar je ouders, die ook vaak rugklachten hebben, blijven erop hameren dat je ‘je rug rechter moeten houden’. Ook op school spoort je turnleraar je ertoe aan om wat meer oefeningen te doen en op die manier je rug soepeler te maken. En als je voldoende luisterbereid bent, begin je ook regelmatig te sporten.

Het blijft jammer genoeg bij mooie woorden en intenties! Voor de spiegel merk je dat je rug inderdaad niet helemaal ‘recht’ is, dat je bovenlichaam ietwat teveel naar voren neigt en je tussen je schouderbladen een ‘bult’ ontwikkelt (figuur 1) die je niet kan corrigeren. Je ziet de ronding van je rug nog duidelijker wanneer je vooroverbuigt en je merkt dat ze niet verdwijnt wanneer je achteroverbuigt.

De kans is groot dat je een gefixeerde bochel aan het ontwikkelen bent. Dit is een afwijking die voor het eerst
beschreven werd in 1920 door de Deen Scheuermann en de medische benaming ‘adolescente kyfose’ meekreeg.

Bochel Scheuermann
Figuur 1. Typisch beeld van een ronde rug door een gefixeerde bochel die zich ontwikkelt tijdens de jeugd

Wat is een adolescentenkyfose?

De adolescentenkyfose is de ‘ronde rug’ die zich ontwikkelt tijdens de adolescentiejaren. Er ontstaat een onomkeerbare voorovergebogen asafwijking.

Hoe ontstaat de ‘ronde rug’?

De ‘ronde rug’ ontstaat omdat er iets fout loopt bij de opbouw van de steunbalken (de trabekels) in het beenweefsel aan de voorzijde van minstens drie opeenvolgende wervels.

Even herhalen wat er te lezen staat in de blog over het ‘wervellichaam’. Bij een normale wervelgroei wordt het zachte sponsachtige beenweefsel binnen in de wervellichamen opgebouwd uit heel stevige steunbalken. Deze complexe structuren bestaan hoofdzakelijk uit collageeneiwitten waarin en waarrond kalk is opgeslagen (kalkfosfaatkristallen). Hierdoor bieden de wervels weerstand aan ongeveer 90 % van alle drukkrachten op het lichaam, en dit zonder te breken!

De ‘ronde rug’ ontstaat omdat er op verschillende plaatsen vooraan in de wervels veel te weinig of zelfs géén sterke collageenvezels voorkomen. De beentrabekels zijn dan van een dusdanig minderwaardige ondersteuningskwaliteit dat ze ‘inzakken’. Veel ‘kalk’ slikken heeft dus geen enkele zin!

Wat is de oorzaak voor het ontstaan van een ‘ronde rug’?

De ‘ronde rug’, ook omschreven als bochel, is een genetische afwijking. Deze bochelvorming komt daarom vaak voor bij leden van eenzelfde familie. De ‘ronde rug’ is te wijten aan verkeerde informatie in het genetisch materiaal (het DNA), waardoor vooraan in enkele wervels te weinig of geen sterke collageenvezels aangemaakt wordt. Op die plaatsen kan dan ook geen of onvoldoende kalk ingebouwd worden.

Een bouwwerk van dergelijke zwakke trabekels, met als functie de toenemende verticale draagkrachten op de wervels tijdens de groei op te vangen, kan vergeleken worden met de ondersteuning van een betonlaag door triplexplanken eerder dan door stalen steunbalken1. Er kan gewoon geen voldoende weerstand geboden worden. De wervels zakken in en krijgen een wigvormig uitzicht (figuren 2 en 4).

Wat zijn de kenmerken van de adolescentenkyfose?

De typische kenmerken waaruit men kan besluiten dat rugklachten het gevolg zijn van een (evoluerende)
adolescentenkyfose, zijn geenszins de afwijkingen ter hoogte van de tussenwervelschijven (Schmorlse nodules
genaamd), maar wel de verminderde hoogte aan de voorzijde van minstens drie aan elkaar palende wervels. De
wigvorming moet minstens 5° bedragen (figuur 2).

thoracale wervelzuil
Figuur 2. Links: thoracale wervelzuil T7-T11. Ter hoogte van de wervels T7 en T8 merkt men de afplatting aan de voorzijde, waardoor de wervels een wigvorming uitzicht hebben (X89-219, M 20 jr). Rechts: thoracale wervelzuil T7-T12 met op minstens 3 niveaus de typische wervelafplattingen vooraan (X90-735, M 38 jr). De Schmorlse nodules (rode cirkels) zijn ook zichtbaar. Ze zijn helemaal geen typisch
kenmerk voor de diagnose ‘adolescentenkyfose’ aangezien ze bij iedereen en bij alle pathologieën voorkomen (Declerck / Kakulas,
Neuropathology, Perth, Western Australia).

De ‘Schmorlse nodule’ impliceert niet noodzakelijk de diagnose
‘adolescentenkyfose’.

Onregelmatige onderbrekingen in de boven- en / of onderzijde van de wervellichamen (= de eindplaten) komen voor bij 99% van alle mensen, maar zijn niet altijd zichtbaar op radiologisch beelden2,3.
Doorheen deze ‘openingen’ kunnen variërende hoeveelheden discusweefsel in de wervels doordringen4. Men noemt deze verticale migratie een intravertebrale discushernia (figuur 3). Wanneer er rond dit discusweefsel een benig
kapseltje gevormd wordt, spreekt men van een Schmorlse nodule. Deze nodule kan dan wel zichtbaar worden op gewone radiografische beelden.

Schmorlse nodules zijn nooit kenmerkend voor een of andere aandoening (figuur 3) en dus ook niet voor
adolescentenkyfose5
. Schmorlse nodules komen immers bij iedereen voor, op elke leeftijd, bij personen die nog nooit rugpijn ervaren hebben, maar ook bij alle rugaandoeningen2,6.

Een Schmorlse nodule kan vroeger dan normaal aanleiding geven tot het degeneratieve discogeen syndroom2,3,7,8,9, omdat ze de ontwikkeling van de degeneratieve fenomenen in de tussenwervelschijf bevordert10.

Scheuermann
Figuur 3. Links (A90/148): duidelijke migratie van centraal discusweefsel doorheen een onderbreking in de bovenste dekplaat van een borstkaswervel (pijltje), aangetast door uitzaaiingsfenomenen van een kanker (metastase). Rechts (X89-219): histologisch beeld van een Schmorlse nodule doorheen een onderste dekplaat (a) en een intravertebrale discushernia doorheen een bovenste dekplaat (b)
(Declerck / Taylor / Kakulas, Neuropathology, Perth, Western Australia).

Adolescentenkyfose ter hoogte van de borstkas

De kyfose is doorgaans gelokaliseerd tussen de vijfde en de elfde borstkaswervel (figuren 1 en 2). Omdat deze
adolescente jongeren gemiddeld veel groter zijn dan hun leeftijdsgenoten, is hun bochel duidelijker zichtbaar.
Om te kunnen staan en stappen, ontwikkelen ze ook een sterkere uitholling van de lage rug (lumbale hyperlordose). En één op drie vertoont ook een lichte vorm van scoliose.
Bijna allemaal zullen ze levenslang (pijnlijke) gespannen rugspieren, hamstrings en heupbuigers vertonen.

Adolescentenkyfose ter hoogte van de lage rug

De ontwikkeling van een gefixeerde kyfose in de lage rug komt bijna uitsluitend voor bij gespierde en atletisch
gebouwde jongeren
11. Hun wervels, gelokaliseerd tussen de elfde borstkaswervel en de vierde lage rugwervel (T11- L4) platten vooraan af omdat deze jongeren vanaf zeer jeugdige leeftijd intens trainen en sporten of omdat ze zwaar
fysisch werk moeten leveren.
Ze ontwikkelen intense lage rugpijn omdat hun tussenwervelschijven vroeger slijten dan normaal. Maar als gevolg
hiervan en van de omgekeerde lordose, zullen ze altijd last hebben van rugpijn.

Radiografische beelden

Ter hoogte van minimaal drie opeenvolgende wervels moet vooraan een typische afvlakking gemeten worden van
minstens 5°
. Omdat hierdoor de voorzijde van de wervel minder hoog is dan de achterzijde, hebben ze niet langer de vorm van een rechthoek maar wel van een trapezium (figuren 2 en 4). De hoek van de normaal vereiste kyfose
gevormd tussen de bovenste en de onderste borstkaswervels (+/- 30-35°), zal uiteraard ook toenemen.

Scheuermann
Figuur 4. Grafische voorstelling van wat er gebeurt met een wervel bij de ontwikkeling van adolescentenkyfose. Normalerwijze vormt een wervel een rechthoek (blauw). Adolescentenkyfose ontstaat door een afplatting vooraan van minstens 5°, waardoor de wervel de vorm aanneemt van een trapezium (rood). De voorachterwaartse diameter neemt toe (witte pijl) en de voorzijde van de wervel wordt dikker (rode boord).

Bij de thoracale adolescentenkyfose is de voorachterwaartse middendiameter van de aangetaste wervels steeds groter dan normaal. Het lijkt alsof de wervels uitgerokken werden. De benige voorzijde van de afgeplatte wervels vertoont doorgaans een verdikking. Dit is evident daar de natuur beenderen die meer belast worden versterkt12.

Ter hoogte van zowel de bovenste als onderste oppervlakten van alle wervels worden bij iedereen en bij alle
rugaandoeningen zeer frequent onregelmatigheden vastgesteld. Maar het klopt geenszins dat de aanwezigheid van een Schmorlse module automatisch betekent dat men de ‘ziekte van Scheuermann’ heeft. Wel verschilt de ligging ervan in beide vormen: bij de thoracale Scheuermann zijn de nodules centraal op de dekplaat gelegen en bij de lumbale kyfose worden ze uitsluitend vooraan gelokaliseerd.

Mogelijke behandelingen

Van belang is vooral de ruglasten te onderdrukken.
Fysiotherapeutische oefeningen om de rompspieren te versterken kunnen er sterk toe bijdragen de pijnklachten te
onderdrukken. Maar ze hebben geen invloed op de onomkeerbare ‘gefixeerde’ kyfotische asafwijking.
Het is belangrijk de beweeglijkheid van de overige niet-gefixeerde delen van de wervelzuil te onderhouden. Dit gebeurt best door lichamelijk actief te blijven en zijn geliefkoosde sporten te beoefenen. Dit is dus een persoonlijke keuze.
Regelmatige inname van pijnstillers wordt voorgeschreven, maar dit is niet zonder neveneffecten. Massage, chiropraxie en allerlei biofysische behandelingen zoals o.a. andullatie zullen pijnlijke periodes overbruggen.

Geen enkele niet-chirurgische behandeling kan de gefixeerde asafwijking herstellen. Heelkunde wordt in uiterst
zeldzame omstandigheden voorgesteld. Hierbij hakt men een wigbeen uit één of meerdere wervels (osteotomie) en wordt de gecorrigeerde curve van de wervelzuil met platen en vijzen gefixeerd. Dit vergt evenwel een uiterste expertise van de chirurg!

Referenties

Sorenson KH, ‘Scheuermann’s Juvenile Kyphosis’,
1964, Ejnar Munksgaard, Copenhagen
Pfirrmann CW, Resnick D, ‘Schmorl nodes of the thoracic and lumbar spine. Radiographic–pathologic study of
prevalence, characterization, and correlation with degenerative changes of 1,650 spinal levels in 100 cadavers’,
Radiol, 2001, 219:368
Hamanishi C, Kawabata T, Yosii T et al., ‘Schmorl's nodes on magnetic resonance imaging. Their incidence and clinical relevance’,
Spine, 1994, 19:450
Schmorl G, Junghanns H, ‘The human spine in health and disease’,
1971, 2nd edn, Grune and Stratton, New York
McFadden KD, Taylor JR, ‘End-plate lesions of the lumbar spine’,
Spine, 1989, 14:867
Hilton RC, Ball J, Benn RT, ‘Vertebral end-plate lesions (Schmorl’s nodes) in the dorso-lumbar spine’,
Ann Rheum Dis, 1976, 35:127
Declerck Guy, ’www.guy-declerck.com / Degenerative discogenic syndrome’
Mok FP, Samartzis D, Karppinen J et al., ‘ISSLS prize winner. Prevalence, determinants, and association of Schmorl nodes of the lumbar spine with disc degeneration. A population-based study of 2449 individuals’,
Spine, 2010, 35:1944
Williams FM, Manek NJ, Sambrook PN et al., ‘Schmorl's nodes. Common, highly heritable, and related to lumbar disc disease’,
Arthritis Rheum, 2007, 57:855
10  Vernon-Roberts B, Pirie CJ, ‘Degenerative changes in the intervertebral discs and their sequelae’,
Rheum Rehab, 1977,16:13
11  Swärd L, Hellstrom M, Jacobsson B et al., ‘Back pain and radiologic changes in the thoraco-lumbar spine of athletes’,
Spine, 1990, 15:124
12  Wolff J, ‘Das Gesetz der Transformation der Knochen‘,
1892, Hirschwald, Berlin